1
Sinds enkele dagen staat er een nieuw kookboek op mijn plank: EXTRA, geschreven door receptontwikkelaar Jasmijn Beerthuis. Het is zo’n boek waar ik bijna alles uit wil maken (zelfs de recepten zonder foto’s, dat zegt wat) omdat de basis relatief simpel is, maar de afwerking origineel. Een pasta combineert ze met geklopte feta en chaat masala, een zurige Indiase kruidenmix, bij aardappelen gaat mayo met gepofte knoflook. Eén recept laat me in het bijzonder niet los: haar pistachemoppen, knapperig vanbuiten, zacht vanbinnen. Een kruising tussen oud-Holland en Sicilië, ik zou willen dat ik het zelf had bedacht.
2
Ik kan eindeloos kijken en luisteren naar de ontwapenende Britse actrice Florence Pugh, die ook nog eens heel goed kan koken (als ze naar vrienden gaat, neemt ze haar eigen messen mee). Ze speelt Almut in de film We Live in Time, waarin ze met de kankerdiagnose van haar geliefde (Andrew Garfield) worstelt. Van alleen de trailer, die goddank ook grappig was, moest ik al huilen. De film komt hier pas in januari uit, dus tot die tijd herkijk ik het heerlijke Little Women (2019) op AppleTV+, een film waarin Pugh ook een hoofdrol heeft.
3
In het najaar ontwikkel ik als vanzelf een knitwear-obsessie, gevoed door mijn altijd koude handen. Het liefst loop ik elke dag in een coltrui waar ik niet in verdrink, maar ruim genoeg is om mijn handen in te wikkelen. Ik wil een trui van het Nederlandse merk Extreme Cashmere die er – – inderdaad – extreem warm, zacht en mooi uitziet. Alleen de prijs houdt me nog tegen: 600 euro. Maar ze zijn uniseks, dus ik hoop mijn vriend te verleiden tot een gezamenlijke aankoop.