Rodney Lam: ‘Ik vind alles leuk wat een stekker heeft’

Een tortillapers, een rijstkoker, Japanse messen, een Chinese hotpot. Er is niets dat Rodney Lam zo graag voor zichzelf koopt als keukenspullen. „Langs een keukenwinkel lopen zonder iets te kopen, is geen optie.” En dus mijdt hij de Utrechtsestraat in Amsterdam, waar zijn favoriete winkel zit. „Daar kom ik áltijd naar buiten met een lepel of een knoflookpers. Nieuwe spullen geven me energie om nieuwe dingen uit te proberen.”

Koken doet hij zeker vier keer per week voor zijn hele gezin. En dat zijn meteen zes eters. Lam en zijn vrouw Carol hebben vijf kinderen tussen 11 en 25, van wie er vier nog thuis wonen. De vijfde schuift steevast aan als er uitgebreid Surinaams op het menu staat.

„Als ik kook, dan kook ik goed”, zegt Lam. „Ik neem de tijd. Lekker met mijn handen werken, op mijn werk ben ik de hele dag al strategisch bezig. Het is een zenmoment, ik concentreer me volledig op het koken en denk aan niks anders meer. Koptelefoon op, klassieke muziek aan. Mijn kinderen weten dat ze me dan met rust moeten laten.”

Typisch Surinaamse gerechten als pompoen met zoutvlees, warme vis of gerookte kip zijn zijn specialiteit. „Het eten waarmee ik ben opgegroeid. Mijn vader en moeder kunnen allebei heel goed koken.” Die gerechten maakt hij zelden zonder het klapstuk van zijn verzameling: de blender van KitchenAid. „Daar gooi ik alles in: knoflook, ui, tomaat. Ik hou niet van slierten ui in m’n eten en ze klein snijden kost veel tijd. Mijn ontbijtshakes maak ik er ook in. Ik kan niet zonder dat ding. Goed gereedschap is het halve werk. Ik word gewoon blij van het geluid van een blender die z’n werk doet. Eigenlijk vind ik alles leuk wat een stekker heeft.” Ook zijn auto heeft er tegenwoordig een. „Na vier jaar zonder auto rijd ik nu een elektrische Porsche met allerlei technische snufjes. Geweldig, ik ontdek steeds iets nieuws.”

Zuinig op zijn spullen is hij niet. „Ze moeten leven.” Het hele gezin mag de KitchenAid gebruiken en de auto ligt standaard vol aangebroken pakken koekjes en kruimels van de kinderen. „Tot grote frustratie van mijn vader, die alles altijd spiksplinternieuw wil houden. Ik vind het juist charmant. Als iets kapot gaat door slijtage ben ik trots.”

Zijn hobby kost hem niet per se veel geld. „Er gaat niets boven een een tosti-apparaat van 20 euro van de Blokker, van zo’n merk dat niemand kent. Je moet elk jaar een nieuwe kopen, want ze gaan niet lang mee, maar je krijgt de allerbeste tosti’s. Ordinair casinobrood, boter aan de buitenkant, heerlijk.”

Foto Daan Brand.