Het wetenschappelijk tijdschrift Science roept de ontwikkeling van het hiv-medicijn lenacapavir uit tot de wetenschappelijke doorbraak van het jaar 2024. Lenacapavir is een injecteerbare hiv-remmer. Het wordt gebruikt als PrEP (pre-expositie profylaxe), een medicijn dat een hiv-infectie voorkomt in plaats van geneest. Hiernaast wordt lenacapavir ook al gebruikt voor de behandeling na hiv-infectie in combinatie met andere medicijnen.
De nu gangbare PrEP (emtricitabine met tenofovir), moet dagelijks als pil worden ingenomen, of voor en na de seks. Lenacapavir biedt bescherming tegen hiv voor een half jaar.
Uit klinisch onderzoek blijkt dat dit nieuwe middel 99,9 procent effectief is bij het voorkomen van hiv bij homoseksuele mannen en transgender personen. Ook bij vrouwen werkt het middel erg goed. Waarschijnlijk zal het Amerikaanse medicijnenagentschap FDA lenacapavir in 2025 goedkeuren voor algemeen gebruik als preventief middel. Daarna moet hiervoor nog een Europese goedkeuring komen. Een vaccin om grote populaties preventief in te enten is er nog niet.
Genetisch materiaal loslaten
Na een injectie met lenacapavir integreert het medicijn in het membraan (beschermend vlies) rond de kern van een lichaamscel. Wanneer deze persoon geïnfecteerd raakt met hiv, zal het virus zijn genetisch materiaal in de cel loslaten. Dit genetisch materiaal is omhuld door een beschermende capsule. Eenmaal in de cel zal het virus proberen om zijn genetisch materiaal te integreren in het dna van de menselijke gastheer. Wanneer dit gebeurt wordt de gastheercel omgebouwd om nieuwe hiv-virussen te produceren die andere lichaamscellen kunnen infecteren.
Om het genetisch materiaal van het virus te integreren in het menselijk dna moet de viruscapsule de celkern inkomen. Lenacapavir zorgt ervoor dat de viruscapsule stijver wordt. Zo voorkomt lenacapavir dat de viruscapsule door de poriën van het membraan rond de celkern past. Hierdoor kan het genetisch materiaal van het virus niet het dna van de gastheer bereiken. Mocht er toch een viruscapsule tussendoor glippen, dan zorgt lenacapavir ervoor dat de nieuw geproduceerde viruscapsules zo stijf zijn dat deze minder goed functioneren. Ze kunnen dus ook moeilijker nieuwe cellen infecteren.
Daling stagneert
Tussen 2010 en 2020 is het aantal hiv-diagnoses in Nederland met 62 procent gedaald. Maar in de periode 2021-2023 stagneerde deze daling; elk jaar worden nu iets meer dan 400 nieuwe besmettingen gerapporteerd. De daling is het gevolg van een geschiedenis van medicijninnovatie. In 1986 bleek dat AZT als eerste medicijn effectief hiv bestrijdt. Toen er meer middelen op de markt kwamen tegen hiv, bedachten wetenschappers dat zij ook drie verschillende medicijnen konden combineren in een pil om zo het hiv-virus van verschillende kanten aan te vallen. Hiv veranderde van een doodvonnis in een chronische ziekte.
Tussen 2015 en 2018 begon de GGD in Amsterdam met een proef om te onderzoeken wat de effecten zijn van het verstrekken van PrEP-tabletten aan homoseksuelen en transgender personen om hiv-infecties te voorkomen. Elske Hoornenborg, hoofd van het centrum voor seksuele gezondheid van de GGD Amsterdam, kijkt uit naar de brede implementatie van lenacapavir. „Wij zien dat mensen met een migratieachtergrond, jonge mannen die seks hebben met mannen en sekswerkers minder vaak terugkomen voor een nieuw recept van PrEP. Voor deze groepen zou lenacapavir een uitkomst zijn, omdat het enkel elk half jaar moet worden toegediend. Toch moeten we afwachten hoe het middel zal worden toegepast in Nederland, dit is vooral afhankelijk van hoeveel het gaat kosten.”
Het is nog onduidelijk hoeveel dit nieuwe middel zal gaan kosten. Wel heeft Gilead Science, het farmaceutische bedrijf dat lenacapavir ontwikkeld heeft, al afspraken gemaakt met zes producenten om lenacapavir te maken tegen lage kosten voor 120 ontwikkelingslanden.